We moeten de bijl aan de wortel leggen. Er is veel innovatiepotentie in regio’s als Noord-Nederland, maar de groei van grote groepen bedrijven blijft achter. Hoe creëer je een sterker regionaal innovatie-ecosysteem waar veel meer bedrijven van profiteren? Niet zonder het mkb zelf natuurlijk. Zij creëren de banen, voorkomen migratie naar andere steden en hebben grote impact op de regionale ontwikkeling.
Om te groeien kunnen bedrijven gebruik maken van diverse vormen van ondersteuning. Denk aan subsidies, financiering, kennis, netwerken, enzovoort. Deze ondersteuning wordt geboden vanuit diverse partijen, de “hubs”. Dit zijn organisaties of “knooppunten” opgericht en grotendeels gefinancierd door overheden en kennisinstellingen. Het doel van deze hubs is bedrijven te faciliteren bij hun groei en daarmee ook de regio te versterken.
Het gekke is dat in de praktijk het aanbod van de hubs niet altijd aansluit op het mkb. Het mkb kan de hulp niet vinden, of er wordt hulp geboden die niet aansluit bij wat bedrijven willen. Bijvoorbeeld omdat de hulpvraag van de bedrijven complex is. Of omdat de geboden hulp niet zichtbaar is voor bedrijven.
Waar gaat het dan fout? Bij de wortels! Het systeem faalt omdat het netwerk en het contact ontbreekt. De verschillende schakels en activiteiten in het ecosysteem kunnen elkaar niet vinden en begrijpen elkaar niet. Het resultaat? Gebrek aan samenwerking, onduidelijkheid en veel gemiste kansen.
Wat moet er dan anders? Dat zit in twee factoren:
- Meer samenwerking tussen de hubs, onderwijsinstellingen en overheden;
- Het formuleren van een langetermijnvisie die aansluit op de innovatie-agenda. Hiervoor is leiderschap nodig. Een persoon of organisatie die geworteld is in de eigen regio en die zichtbaar en aanspreekbaar is.


Auteur Hannah Oosting, master student in Business Studies heeft onderzoek hiernaar gedaan voor het lectoraat Duurzaam Coöperatief Ondernemen van de Hanzehogeschool in Groningen. Onder leiding van dr. Willem Foorthuis heeft ze gekeken naar de structurele problemen die zich voordoen in het regionale innovatielandschap. Het doel was bij te dragen aan het Europese Interreg Project TraCS3. Er werd gekeken naar het vraagstuk ‘Hoe kunnen de vraag van het mkb en het aanbod van de innovatie-infrastructuur dichter bij elkaar gebracht worden?’.
De uitdaging is bekeken vanuit alle mogelijke invalshoeken. Er is gesproken met verschillende hubs, onderwijsinstellingen, bedrijven en overkoepelende organisaties. Uiteindelijk bleek het Regionaal Innovatie Framework (RIF) een belangrijke, potentiële oplossing te kunnen bieden in het geheel. Het RIF poogt een netwerk te organiseren waardoor het eenvoudiger wordt de juiste mensen en partijen aan elkaar te verbinden. Immers als er een gezonde bodem is ontstaat er ruimte voor nieuwe groei.
Hannah gaat aan de slag bij de Innovatiespotter om de opgedane kennis in de praktijk te brengen.